Joseph Haydn werd geboren in Rohrau op 31 maart 1732. Hij was de tweede van twaalf kinderen uit een arm, vroom en hardwerkend gezin. Zijn vader was wagenmaker van beroep. Er werd veel gemusiceerd in huize Haydn en deze volksmuziek zou later zeer van pas komen in zijn verdere loopbaan als componist.
Haydn was een Oostenrijks componist in de zogeheten klassieke periode (1750-1850). Hij werkte lange tijd in Eisenstadt aan het hof van de Esterházy’s, een oud, zeer invloedrijk en rijk magnatengeslacht uit Hongarije.
Doordat de Esterházy’s grote cultuurliefhebbers waren, had Haydn als kapelmeester en hofcomponist, hier veel werk. Hij verbleef aan het hof tot 1790, waarna hij naar Londen vertrok. In 1795 keerde hij terug naar Wenen, waar hij zich, tot zijn dood in 1809, vooral bezig hield met religieuze muziek. In deze tijd componeerde Haydn onder meer de Nelsonmis en het oratorium ‘Die Schöpfung’.
De Nelsonmis
De Nelsonmis is de elfde van de 14 missen die Haydn schreef. De mis is opgedragen aan Prinses Marie Josepha Hermenegilda Esterházy. De première van de mis was op 23 september 1798 in de St. Martin kerk, in Eisenstadt. Haydn noemde de Nelsonmis zelf Missa in angustiis (Mis in bange tijden). De titel verwijst mogelijk naar de zeer moeilijke periode waarin de mis verscheen, namelijk de tijd van de Napoleontische oorlogen. Maar de titel kan ook samenhangen met de periode van ziekte en uitputting die Haydn doormaakte als gevolg van de supervisie en eerste uitvoering van zijn werk ‘Die Schöpfung’ enige maanden eerder. In ieder geval komt de gespannenheid goed tot uitdrukking in het feit dat dit de enige mis van Haydn is die in mineur is geschreven.
De naam ‘Nelsonmis’ is pas in de 19e eeuw aan het werk gegeven. Tijdens het componeren van de mis versloegen de Britten onder leiding van Nelson de vloot van Napoleon in de Slag bij Aboukir in de zomer van 1798. Deze gebeurtenis werd achteraf verbonden aan de mis van Haydn.
Tijdens zijn verblijf in Londen komt Haydn in aanraking met de Engelse koortraditie. Terwijl in de missen van zijn tijdgenoten de solisten belangrijker zijn dan het koor, is het tegenovergestelde het geval bij Haydn’s missen.
Als onderdeel van Prins Esterházy’s bezuinigingen op de hofuitgaven werd het blazersensemble (Harmonie) ontslagen. Haydn maakte van dit blazersensemble gebruik bij eerdere missen, en schreef daarom de Nelsonmis voor strijkers, voor orgel (door Haydn zelf gespeeld) ter vervanging van de blazers, drie (ingehuurde) trompettisten en een plaatselijke paukenist. Juist déze instrumentale samenstelling geeft de mis zijn kenmerkende klank.